Cornelis Schell - Opera in Nederland

Uitstekende Don Giovanni door Nederlandse Opera

Vrije Volk, Utrecht

Cornelis Schell als Leporello, Don Giovanni

" ... Cornelis Schell die een klankrijke vertolking gaf van de geestige knecht Leporello ... "

Vrije Volk Utrecht, 8-10-1958

" ... Utrecht -- Enige weken geleden toen de Ned. Opera haar „nieuwe" Giovanni in Amsterdam gegeven had, leek het ons wenselijk, een gedetailleerde beoordeling der medewerkenden uit te stellen tot de inzet van het Utrechtse operaseizoen, waarvoor gisteravond de Stadsschouwburg behoorlijk bezet werd. In de rolbezetting nu, zoals ons die thans voorgezet werd kwam een Zerlina-wijziging (Jeanette van Dijck in de plaats van Nel Duval) terwijl Leporello gezongen en gespeeld werd door Cornelis Schell, die bij de Amsterdamse première onverwacht verstek moest laten gaan. Beide mutaties hadden iets interessants. Allereerst dan moesten wij constateren dat Jeannette van Dijck veel meer dan haar beide vrouwelijke collega's (Marijke v.d. Lugt en Maria Dongen) ingesteld bleek te zijn op Mozartzang. En voorts deed Cornelis Schell het - zij het dan de mindere van Ollendorf, die in Amsterdam inviel - werkelijk nog zo kwaad niet. Stond hij niet op het niveau van - en ook niet op één lijn met de titelrolcreator Colombo (wie zou dat momenteel wel kunnen!?), maar in vocale zowel als speltechnische aangelegenheden kwam hij zeker direct na de Don Giovanni van Scipio Colombo .. ".

Trouw, Utrecht 8-10-1958

Scipio Colombo en Cornelis Schell in Don Giovanni, zaterdag 13 September, 1958

Dat Mozarts brilliante partituur van zijn Don Giovanni gisteravond door de Nederlandse Opera op brilliante wijze zou zijn vertolkt zou een te hoge waardering betekenen van hetgeen er op het toneel van de schouwburg is tot stand gebracht. Want met het bejubelen van de vertolking van de titelrol door Scipio Colombo en van de zang en het spel van Cornelis Schell als Leporello, en van de weergave van het boerenbruidspaar Masetto en Zerlina door Jos Burcksen en Jeannette van Dijck (die voor Nel Duval inviel) kan men het niet laten, ook al hebben zij in feite getracht heel de avond vaart en verve te verlenen. Ook Guus Hoekman, als de al gauw vermoorde en later als geestverschijning weerkerende Commendatore, gaf voortreffelijke, in dit verband helaas korte, kleur aan zijn partij.

Doch dit vijftal kennelijk met de toneelhandeling vertrouwde artiesten heeft niet kunnen wegwissen wat drie anderen op dat gebied aan tekortkomingen ten beste gaven. Marijke van der Lugt (Donna Anna), Arjan Blanken (Don Ottavio) en Maria van Dongen (Donna Elvira) missen namelijk voldoende routine en daar zij het niet troffen met de toch al aan bewegelijkheid arme rollen die hun waren toebedeeld, viel het des te meer op dat zij in hun houding bijzonder geremd waren en weinig anders deden dan concertaria's zingen,

Utrechts Dagblad, 7-10-1958

Mozart, Don Giovanni, aria van Leporello: Madamina

Ovatie voor Nederlandse Opera in Tilburg

Nederlandse Opera bracht Gounod's Faust uitstekend

Mephistofeles, Faust, Gounod

" ... De Nederlandse Opera, onder de bezielende muzikale leiding van Arrigo Guarnieri en onder regie van Frans Boerlage, komt het compliment toe, dat zij de lyrische dramatiek van Gounod in alle facetten heeft doen uitstralen.

Een eens te meer uitverkochte Stadsschouwburg te Tilburg heeft dit blijkens een klaterend applaus volledig beaamd. Cornelis Schell speelde geen Mephistofeles, hij was het, sterk geëmotioneerd en voortjagend, daarbij de mens naar de verten van het oneindige, naar altijd weer terugwijkende einders. Zijn imponerende figuur en het bronzen timbre van zijn bas schiepen automatisch reeds de tegenstellingen met de naar jeugd en liefde hunkerende Faust, doorvoeld vertolkt door Ettore Babini en met 'Gretchen' (Gounod's Marguerite), die Mizzi van der Lanz - een volumineuze, vioolklare sopraan - ook in haar spel wonderlijk zuiver en lieftallig typeerde ... "

Breda, De Stem, 31-12-1962, J.L.

" ... De rolbezetting was ook wel overwogen. Wij zagen een sterke en dominerende Mephisto van Cornelis Schell, die ook vocaal tot een formidabele hoogte kwam. Ettore Babini, die de rol van Faust zong, moest laten bekend maken, dat hij aan een ernstige keelaandoening leed. Ofschoon hij ver boven zijn krachten moet hebben gewerkt, bleef zijn prestatie van hoog niveau ... "

De Gooische Courant, Hiversum, J.B

Mirella Freni's Marguerite gaf cachet aan Faust-opvoering 24/4/1960

" ... daar hoorde men de lichte en beweeglijke stem van Ettore Babini in de titelrol met tegenover zich Mirella Freni die naar de allure, puur en broos en pril, de lichaam en klank geworden Gretchen was, een bij vlagen zeer ontroerende, zeer argeloze Marguerite. Met als derde man in deze terzet-opera de Mephistofeles van Cornelis Schell, die zich deze avond bijzonder exponeerde via geluid en actie en, naarmate de avond ouder werd, groeide naar zeggingskracht en suggestie. Zeer opmerkelijk."

Telegraaf, 13-4-1960, H.J.M.Muller

Ettore Babini, als Faust, in zijn studeerkamer, geobserveerd door Cornelis Schell ,als Mephistofeles.

 

Faust (René Claassen) en Mephistofeles (Cornelis Schell) in een uitvoering van de Zuid Nederlandse Opera, 14-11-1966

" ... Perfecte zangkunst

Voorstellingen van de Faust staan of vallen met de drie voornaamste rolbezettigen van Marguérite, Mefisto en Faust en wat dit betreft was deze opvoering uitstekend te noemen. De reeds vaker in deze kolommen geprezen Italiaanse gastsopraan Mirella Freni zong en speelde de rol van Marguérite zo ontroerend en smetteloos, dat Gounod, die hier inderdaad een coloratuursopraan en geen Zwischenfach bedoelde, tevreden zou zijn geweest. Als glanzende parels rolden de noten van de juwelenaria uit deze vaardige, 25-jarige keel; een gelukkige uitzondering bij 'n Italiaanse, die in de hogere liggingen nog wel eens scherp wil worden. Ettore Babini als Faust greep ook hier zijn vocale en scènische kansen. Groots en groot is zijn stem niet, maar het is alles vakwerk, wat hij laat horen, tot en met de onberispelijke hoge C in de cavatine toe.

Wellicht zullen enkelen teleurgesteld zijn, dat onze grote bas, de wereldberoemde Arnold van Mill, die aanvankelijk de Mefisto zou zingen, in de zaal zat in plaats van op het podium te verschijnen, maar zij zullen naar onze mening door de creatie van onze stadgenoot Cornelis Schell ruimschoots artistieke compensatie hebben gekregen. Trouwens, het staat voor ons nog te bezien of Van Mill juist in deze rol Gounods bedoelingen juister zou hebben weergegeven.

De Mefisto is een basbariton, zoals Schell er een heeft, een basse chantante en geen basse noble. In zijn meer dan fraais kostuum van Dimitri Bouchène heeft Schell van de duivel iets heel goeds gemaakt. De stem is veelal sonoor en omvangrijk, goed geleid ook, terwijl zijn spel duidelijk maakt, dat zovelen aan de verleidingskunsten van satan geen weerstand weten te bieden. Natuurlijk kan deze rol nog groeien, ook wat de Franse dictie aangaat, die overigens de anderen evenmin op het lijf geschreven was, maar reeds het feit, dat een gewezen orkestbediende van het Residentie-Orkest in de tijd van luttele tien jaren een Belgisch-Nederlandse vocale carrière kon opbouwen en thans als een der eerste karakter-bariton's in eigen land artistiek emplooi vindt, is te opmerkelijk en verheugend om het niet nog eens afzonderlijk te vermelden ..."

Het Vaderland, 20-5-1960, Den Haag

In nieuwe Fürst Igor: Mooie rol van Cornelis Schell

" ... De reprise van Borodin's opera 'Fürst Igor' door de Nederlandse Opera, donderdagavond in de Amsterdamse Stadsschouwburg, verschilde in zoverre van de première, dat er een paar wijzigingen waren aangebracht in de bezetting. Het wil ons voorkomen, dat speciaal de nieuwe titelvertolker, Cornelis Schell, zeker geen achteruitgang was.

In tegendeel zou men willen stellen, dat Schell zijn partij zeer geloofwaardig op de scène zette, hij had ongetwijfeld allure en hij zong met veel lyrisch-gevoelig en expressief-kleurend geluid, zodat zijn vertolking speciaal in de nostalgische pagina's een verrasing was en bijzonder opvallend. Gesecundeerd door Jos Borelli, die ditmaal stond in de rol van prins Galitzky. Goed zingend en met begrip spelend bleek Borelli alleszins respectabel ..."

De Telegraaf, 16-11-1963, H.J.M.Muller

Opvoering Raskolnikoff maakt diepe indruk

Première van Sütermeisters Raskolnikoff, Vrijdag 2 november 1962, Amsterdam Stadsschouwburg Marilyn Tyler als Sonja en Cornelis Schell als Marmeladoff in de sterfscène van Marmeladoff Ingrid Schell als Lene en Marty de Jong als Poletscha, dochters van Marmeladoff

" ... De Nederlandse Opera komt grote lof toe voor de wijze waarop zij de opera Raskolnikoff van Heinrich Sütermeister heeft gebracht. De regie van Peter Scharoff was in één woord meesterlijk (o.a. de marktscène, de sterfscène van Marmeladoff, de kerkhoffscène), waartoe Hans van Norden met zijn costuums, décor-ontwerpen en belichting een even meesterlijke bijdrage heeft geleverd. Groot was het acteertalent van vele solisten.

Zo noem ik gaarne de aangrijpende, diep-menselijke creatie van Raskolnikoff door Johan van der Zalm, die van Raskolnikoff's moeder door Anny Delorie, van Marmeladoff door Cornelis Schell, van Sonja door Marilyn Tyler en van de vrouw van Marmeladoff door Conchita Gaston. Zij zongen tevens de intonatie-moeilijke zang-partijen met meerdere of mindere mate van verdienste ..."

De Havenloods, Rotterdam, 8-11-1962

" ... er zullen bij de opvoeringen ook twee jonge meisjes meewerken, waarvan één (van tien jaar, een dochtertje van Cornelis Schell) nog wat te zingen krijgt ook ... "

Het Centrum, Utrecht, 13-11-1962

" ... wat Peter Scharoff speeltechnisch bereikte met het team Johan van der Zalm, Cornelis Schell, Paolo Gorin, Bert Bijnen, Conchita Gaston, Anny Delorie en Marilyn Tyler - om slechts enkelen te noemen - was voorbeeldige dramatische kunst. Een verrrasend-mooie vocale prestatie leverde Cornelis Schell als de stervende Marmeladoff, laat men deze sonore bariton(!, J.L.) nu eindelijk eens geregeld de kansen geven, die zijn talenten waard zijn ... "

IJmuider Courant, 3-11-1962, Jos de Klerk

Opera & Concert-repertoire , lijst van opera's van d'Albert (Tiefland) t/m Wolff-Ferrari (I Quattro Rusteghi/ De vier huistirannen),

liederen van Adolphe Adam ( Cantique de Noël) tot en met Hugo Wolf (Canti di Michelangelo, Möricke-Lieder, e.a.)

Biografie

Interviews, van Scheveningen via Antwerpen naar Venlo

Koninklijke Vlaamse Opera Antwerpen, 1956-1958, 1961

Opera & Concert-repertoire , lijst van opera's van d'Albert (Tiefland) t/m Wolff-Ferrari (I Quattro Rusteghi/ De vier huistirannen),

liederen van Adolphe Adam ( Cantique de Noël) tot en met Hugo Wolf (Canti di Michelangelo, Möricke-Lieder, e.a.)